Voorgenomen wijziging Waterschapsverordening

Op 10 april aanstaande wil het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap van Delfland een besluit gaan nemen over een voorgenomen aanpassing van de Waterschapsverordening (WSV). De nieuwe verordening verplicht nu ook bedrijven zoals de glastuinbouw te zorgen voor watercompensatie als de hoeveelheid verhardoppervlak toeneemt. Dit is een uitbreiding op de huidige verordening waar dit al voor andere sectoren verplicht is.

Het beheergebied van Delfland is zeer dichtbevolkt en kent veel verharding, waardoor bij hevige regenval water niet goed weg kan. Hierdoor kan water na een flinke bui niet de bodem inzakken, waardoor het snel naar een sloot of vaart stroomt. Dit kan leiden tot wateroverlast in lagergelegen gebieden. Ook komen in onze regio hevige buien steeds vaker voor die, in de toekomst naar verwachting verder zullen toenemen en ook heviger zullen zijn.

Dit betekent dat we de beschikbare ruimte in ons gebied toekomstbestendig moeten inrichten om deze voor iedereen leefbaar én veilig te houden. Tegelijkertijd willen wij het gebied aantrekkelijk houden voor huidige en toekomstige bedrijvigheid. We willen dit graag blijven faciliteren en daarom is het belangrijk dat ruimtelijke ontwikkelingen op een manier gebeuren waarbij de kans op wateroverlast niet groter wordt.

Overgangsregeling voor initiatiefnemers

Op basis van de ontvangen reacties tijdens de terinzagelegging van de gewijzigde WSV hebben wij een overgangsregeling toegevoegd aan de WSV. Wij beseffen ons dat de beschikbare ruimte schaars is. Daarom willen wij met deze overgangsregeling initiatiefnemers helpen die concrete plannen voor verhardingsactiviteiten in voorbereiding hadden en daarbij geen rekening hebben kunnen houden met de vergunningplicht voor bedrijventerreinen en glastuinbouw.

Hoe werkt de overgangsregeling

Binnen de overgangsregeling is het aanvragen van een vergunning verplicht. Kan een initiatiefnemer daarbij aantonen dat hij de afgelopen 5 jaar vóór inwerkingtreding van de regeling een concreet plan had, hoeft geen compensatie plaats te vinden. Het mag natuurlijk altijd. Een initiatiefnemer moet wel concrete plannen kunnen laten zien. Dit kan bijvoorbeeld met een verleende omgevingsvergunning, subsidie of een koopovereenkomst uit die periode.  Een gespreksverslag ziet Delfland echter als onvoldoende bewijs.

Bij de beoordeling van het beroep op de overgangsregeling tellen alle aaneengesloten percelen mee die onderdeel zijn van het plan van de initiatiefnemer. Het is daarbij niet van belang wanneer gronden zijn aangekocht of dat er al voorbereidende werkzaamheden gestart. Ook is niet van belang hoe lang de grond al braak heeft gelegen.

Vernieuwde Richtlijn Compensatie Verharding

Eerder dit jaar heeft Delfland de ‘Richtlijn Compensatie Verharding (pdf, 80 kB)' vernieuwd. In de richtlijn staat welke maatregelen initiatiefnemers kunnen nemen voor compensatie. Eerder werd vooral ingezet op het graven van sloten om het wateroppervlak te vergroten. Maar omdat de ruimte steeds schaarser wordt, is het niet altijd meer mogelijk open water te realiseren. In de nieuwe richtlijn zijn de mogelijkheden om te compenseren verruimd. Denk bijvoorbeeld aan het creëren van oppervlaktewater, opslag in zelfstandig legende bassins of silo’s, en het opvangen van regenwater onder een parkeerplaats. Met deze maatregelen is de kans dat een sloot overstroomt kleiner. De nieuwe richtlijn geeft meer duidelijkheid over welke soorten maatregelen voor Delfland het meest geschikt zijn. Maatregelen die ook bijdragen aan andere uitdagingen op het gebied van klimaat, zoals droogte en hittestress hebben de voorkeur.