Dijkinspecties voor veilige waterkeringen


Het gebied van Delfland ligt grotendeels onder de zeespiegel. Stevige duinen en dijken maken leven onder zeeniveau veilig. Zonder deze waterkeringen zou een groot deel van ons gebied regelmatig onder water staan. Daarom zijn dijkinspecties belangrijk.

In de periode tussen 1 oktober en 1 april inspecteren we zo’n 700 kilometer aan duinen, dijken en kades extra goed.

Tijdens deze inspecties kijken we naar de situatie van de waterkeringen en of onderhoud nodig is. De periode tussen 1 oktober en 1 april valt bovendien in het stormseizoen. Stormen komen dan vaker voor. Bij een hevige storm in combinatie met springtij kan het voorkomen dat zeewater tegen of over de duinen slaat, waardoor grond of zand wegspoelt. We houden de waterstand in de gaten en als het nodig is nemen we voorzorgsmaatregelen zoals het weghalen van obstakels op waterkeringen en verhogen de dijkbewaking.

Het controleren van 700 kilometer aan waterkeringen is een hele klus. Wat voor soort keringen zijn er? Hoe houden we die in de gaten en wat komt hier allemaal bij kijken? Dit en meer vroegen we aan Auke Visser, Sr. Technisch specialist bij Delfland:

Wat voor werk doe je bij Delfland?

Als Procesbeheerder Inspecties Waterkeringen bewaak ik het proces voor de dijkinspecties. Hiervoor maak ik het (dijk)inspectieplan op. Hierin staat beschreven welke waterkeringen we moeten inspecteren en onderhouden en hoe we dat doen.

Eind september is het meeste gras is al gemaaid en het meeste onderhoud is uitgevoerd. We inspecteren daarom tussen 1 oktober en 1 april om beter inzicht te krijgen in de conditie van de dijken.
“De inspecties vinden in het hele gebied van Delfland plaats. De werkgebieden worden eerst ingedeeld en dan gaan de dijkinspecteurs op pad. Dit doen zij meestal lopend of op de fiets, maar het komt ook wel eens voor dat inspecties alleen vanaf een boot kan gebeuren. Ik ga wel regelmatig mee met een dijkinspecteur en zie dan zelf wat er zoal voorkomt. Zo kan ik ondersteuning bieden, maar ook mijn kennis opdoen.”

Wat kom je tegen tijdens zo’n inspectie?

We bekijken of er scheuren of schades zijn, bijvoorbeeld een kapotte beschoeiing tegen een waterkering. Of we zien afkalving, veroorzaakt door recreatievaart, muskusratten, rivierkreeften, ganzen, etc. We kijken ook naar bomen op waterkeringen die mogelijk om kunnen waaien. We kijken dan of het geen gevaar oplevert voor de kering. De rest van het jaar inspecteren we ook. Dat zijn de droogte inspecties. Dit doen we van 1 april tot eind september. Dan kijken we vooral naar de droogtegevoelige keringen, want door langdurige droogte en de zon kunnen er meer scheuren ontstaan.

De zomer is voorbij. Zijn er bijzonderheden of bepaalde waterkeringen die in de stormperiode extra aandacht vragen?

We houden alle dijken en duinen in de gaten. Delfland hanteert drie soorten waterkeringen: primaire keringen, dat zijn de zeewering en de Delflandsedijk. Regionale keringen, dat zijn de boezemkades en overige keringen, kades en dijken. De toetsingen en berekeningen die bepalen welke soort kering het is, worden steeds geavanceerder. Zo wordt bijvoorbeeld bij duinen gekeken naar de hoeveelheid zand er afgeslagen kan worden tijdens een storm. Als bij de inspectie blijkt dat er bijvoorbeeld hekwerk, huisjes, vlonders of steigers geplaatst zijn op een kering, gaan we mogelijk handhaven.

Worden de verschillende soorten waterkeringen op verschillende manieren geïnspecteerd?

Nee, alle keringen inspecteren we op dezelfde manier: We kijken in eerste instantie alleen naar de huidige staat en rapporteren en verzamelen dit. Vervolgens bekijken we wat er moet gebeuren. Het doel is dat de waterkeringen in prima conditie zijn voor de waterveiligheid in ons gebied. Eigenlijk net zoals je het onderhoud thuis ook bijhoudt.

Waarmee gaat een dijkinspecteur op pad?

Met een meetlint, een prikstok en met de juiste werkkleding. We registreren alles digitaal in de inspectie-app. Zo komen alle gegevens in het een dashboard terecht.

En kan het ook wel eens gevaarlijk zijn?

Ik heb het hier nog niet meegemaakt of gehoord, maar veiligheid houden we altijd hoog in het vaandel. Als de inspecteurs op pad gaan houden ze zich aan de veiligheidsregels en gebruiken hun gezonde verstand.

Je bent naar Limburg gegaan ten tijde van de wateroverlast in juli van dit jaar, hoe heb je dit ervaren?

Dat klopt, ik ben naar Limburg gegaan en dat was een hele bijzondere ervaring! De vraag kwam bij ons binnen om inspecteurs te leveren om inspecties uit er voeren, advies te geven en een zandzakvulmachine te leveren. Het was even regelen maar uiteindelijk zijn we op een vrijdagochtend vroeg vertrokken en kwamen later die ochtend aan in Horst. Hier stond een loods en dit was het verzamelpunt. Andere collega’s van andere waterschappen waren er ook. Je werd gekoppeld aan een collega van waterschap Limburg en later aan een collega van waterschap Hunze en Aa. In teams van twee of drie personen zijn we het gebied rondgegaan. We bekeken de schadegevallen en bespraken wat er moest worden gegaan met de mensen van Waterschap Limburg in Horst.

Wat is je het meest bijgebleven na Limburg?

Dit gebeurt niet dagelijks en eigenlijk kwam het ook heel onverwachts. Vanuit de Horst werd de inspecties gecoördineerd, dat was heel belangrijk. Wat mij het meeste is bijgebleven is het stromen van het water en hoe snel en hard dit ging. Ik zag hele bomen met 10km p/u langsdrijven!

En hoe belangrijk is deze ervaring voor het gebied van Delfland?

Delfland is een dichtbevolkt gebied. We hebben hier hele andere omstandigheden. In Limburg heb je de Maas met uiterwaarden, waardoor het water breed kan uitstromen. In ons gebied kunnen we na stortbuien ook last hebben van wateroverlast. Hiervoor nemen wij andere voorzorgmaatregelingen, zoals waterbergingen. Het gebied van Delfland kun je eigenlijk niet vergelijken met het gebied van Waterschap Limburg. Het blijft wel belangrijk om de infrastructuur goed te houden: de watergangen moeten diep en breed genoeg zijn en de dijken sterk en hoog genoeg. Hiervoor doen we de dijkinspecties.

Op 1 oktober start officieel het stormseizoen in Nederland. Wat betekent dit voor ons gebied?

We inspecteren niet extra vanwege het stormseizoen, die inspecties vinden sowieso plaats in deze periode. Dit hoort bij de zorgplicht van Delfland om de waterkeringen goed te onderhouden. We houden mogelijke schade in de gaten en bij schade aan waterkeringen gaan we aan de slag. Mocht het gaan stormen, dan kunnen we bij te hoge waterstanden gericht verhoogde dijkwacht instellen.

Tot slot, wat is het heftigste wat je zelf ooit hebt meegemaakt tijdens een storm?

Dat was een storm op de Stille oceaan. Het was begin jaren 90 en ik liep stage bij een tankerrederij. We voeren op een schip van 225 meter, drie weken lang op een oversteek van Seattle naar Zuid-Korea. Het stormde. Windracht 11. En de ene depressie na de andere kwam vanuit Siberië de oceaan op. Ik heb golven gezien van wel 25 meter hoog! Dat waren angstige momenten, maar je houdt de goede hoop. Uiteindelijk hebben we Zuid-Korea bereikt met wat schade aan het schip. Ook Limburg is mij bijgebleven. Vooral de kracht van het water!

Wees voorbereid

Gebieden die tussen de dijk en het water liggen (buitendijks gebied) zijn niet beschermd bij hoogwater en storm. Inwoners en ondernemers nemen dan zelf maatregelen om het water tegen te houden en volgen de instructies van hun gemeenten op. Ben jij benieuwd wat jouw overstromingsrisico is, kijk op https://www.overstroomik.nl/ en vul je postcode in om te bekijken hoe hoog het water bij jou in de buurt komt. Bij een dreiging op overstroming volg je de adviezen van de veiligheidsregio op.