eDNA techniek en zwemwaterkwaliteit


Zwemmen in natuurwater kan heerlijk zijn. Maar de kwaliteit van het zwemwater is niet altijd constant. Tijdens warme en zonnige periodes steekt blauwalg al snel de kop op. Om meer kennis en inzicht te krijgen in welke factoren van invloed zijn op de zwemwaterkwaliteit maakt Delfland ook gebruik van eDNA techniek.

Voedselweb in kaart brengen

Een plas of sloot lijkt op het eerste oog een plek met veel water. Dat daar planten en vissen leven zal niemand verrassen. Maar onder wateroppervlak gebeurt zoveel meer. Het is een wirwar van mineralen, bacteriën, plankton, schimmels en beestjes die elkaar opeten, helpen, bejagen of elkaar negeren. Deze samenhang noemen we ook wel het voedselweb. En het voedselweb bestaat weer uit vele voedselketens. Hoe meer voedselketens er in een plas of sloot voorkomen, hoe robuuster het watersysteem is.

Voedselketen

Zo zetten schimmels die aan de wortels van een plant zitten, mineralen zoals stikstof en fosfaat om in deeltjes die de plant op kan nemen. De plant wordt vaak weer opgegeten door slakken of watervogels, die op hun beurt weer ten prooi vallen aan andere rovers, zoals een zeelt of een sperwer. Ondertussen verliezen de planten bladeren, poepen de beesten en gaan soorten dood. Waterpissebedden, wormen en vlokreeften verwerken dit weer tot kleine stukjes, zodat bacteriën het afval om kunnen zetten in mineralen.

Hoe meer we hiervan begrijpen, hoe meer we kunnen zien waardoor een mogelijke onbalans plaatsvindt. Denk aan bijvoorbeeld de bloei van blauwalgen, wat bijvoorbeeld veroorzaakt kan worden door een overschot aan mineralen, of een gebrek aan watervlooien die de algen eten. Als we dit snappen, dan kunnen we ook effectiever ingrijpen.

eDNA techniek

eDNA, ook wel Environmental DNA, is een nieuwe methode om te kijken welke plant- en diersoorten in het milieu voorkomen. Simpel gezegd is DNA de blauwdruk van een organisme en is voor elke soort uniek. In elke cel zit hetzelfde DNA. Het mooie van DNA is dat het zich makkelijk als een code laat vertalen. We weten van steeds meer dier- en plantensoorten hoe die code eruit ziet. Over de hele wereld wordt hier onderzoek gedaan en deze codes worden opgeslagen in een bibliotheek.

Heel veel organismen die in het water leven zijn eencellig. Denk aan bacteriën, schimmels, blauwalgen, kiezelwieren en algen. Die gaan makkelijk de analyse apparatuur in. Verder ontwikkelden planten en dieren zullen echter niet zo gemakkelijk te bemonsteren zijn, althans, niet in zijn geheel. Toch vinden we hier ook veel DNA van. Stukjes van bladeren, takjes, vinnen, schubben, ontlasting: alle organismen laten een spoor van DNA achter die je makkelijk kan bemonsteren.

Al dit DNA dat in het milieu rondslingert noemen we environmental DNA. In een liter water zitten al ongelooflijke hoeveelheden van dit DNA. Door het watermonster door een hele fijne filter te persen kunnen we al die organische deeltjes waar DNA in zit makkelijk in een klein potje stoppen. In het laboratorium kunnen we het DNA uit deze deeltjes halen, opwerken en analyseren. Door de hiermee verkregen DNA codes te vergelijken met de bibliotheek weten we welke soorten er in een bepaalde plas voorkomen.

Deze innovatieve techniek help ons beter, sneller en tegen lagere kosten inzicht te krijgen in het voedselweb van een plas.

Zwemplassen

In 2016 zijn wij gestart met de verkenning en hebben wij de techniek toegepast op onder meer de zwemplas Delftse Hout en de zwemplas in het Wilhelminapark in Rijswijk. In 2023 gaan wij er ook mee aan de slag in de plassen Wollebrand, Prinsenbos en Madestein. Wij onderzoeken hoe het ecosysteem in elkaar zit en welke factoren bijdragen aan het ontstaan van blauwalg. Met de gegevens die het onderzoek oplevert, kunnen wij beter beoordelen welke maatregelen effectief kunnen zijn in het bestrijden van de blauwalg.