Droogte: vragen en antwoorden
Zoeken in de index
Ondanks het neerslagtekort kunnen we nu nog voldoende zoet water aanvoeren naar ons gebied. Er geldt nog geen sproeiverbod. Wel roepen we iedereen op zuinig en bewust om te gaan met water. Ook voor tuinbezitters geldt: gebruik bij voorkeur geen water uit kleine sloten om je tuin te besproeien. Dit om te voorkomen dat de sloot droogvalt.
Als je je planten buiten water geeft, doe het dan bij voorkeur in de avond. Dan neemt de plant het beter op en verdampt het water minder snel. Hergebruik hiervoor het liefst ander water, bijvoorbeeld het water waarin je groente.
Als je de planten in je tuin water geeft, doe het met dit droge, warme weer dan bij voorkeur in de avond. Dan neemt de plant het beter op en verdampt het water minder snel. Hergebruik hiervoor het liefst ander water, bijvoorbeeld het water waarin je groente wast. Ook voor tuinbezitters geldt: gebruik bij voorkeur geen water uit kleine sloten om je tuin te besproeien.
Delfland laat extra zoet water in vanuit het Brielse Meer en vanuit het gebied van Rijnland. Verder houdt Delfland de dijken en de waterkwaliteit in het gebied in de gaten.
Met zoet water bedoelen we: het oppervlaktewater in sloten, vaarten, meren en rivieren. Als er te weinig regen valt en het is langere tijd warm weer, kan er een tekort aan zoet water/oppervlaktewater ontstaan. Delfland kan voor nu zoet water inlaten, onder meer vanuit het Brielse Meer.
Er is nu sprake van een landelijk neerslagtekort: dan is de vraag naar zoet oppervlaktewater groter dan de hoeveelheid die er beschikbaar is. Er is dus een tekort aan zoet water in sloten, vaarten, meren en rivieren.
Omdat oppervlaktewater in onze regio de belangrijkste bron is voor drinkwater, kan het tekort aan zoet oppervlaktewater leiden tot een tekort aan drinkwater. Dat is nu niet het geval maar het is toch goed om ook bewust/zuinig met drinkwater om te gaan. Voor tips kun je terecht op de websites van de drinkwaterbedrijven in ons gebied: Dunea en Evides.
Water beheren luistert nauw deze periode. Delfland heeft veel contact met buurwaterschappen, met gemeenten, met scheepvaart-organisaties en met Rijkswaterstaat. Om maatregelen af te stemmen op de steeds veranderende watervraag; zo kunnen we zoet water goed verdelen. Samen werken we er hard aan om de gevolgen van droogte voor onze regio’s te beperken én om wateroverlast te voorkomen.
Een tekort aan voldoende schoon water in sloten en vaarten kan invloed hebben op de waterkwaliteit. Een slechte waterkwaliteit is nadelig voor de natuur en voor bedrijven die water onttrekken zoals de glastuinbouw. Het kan voorkomen dat er vanuit de omgeving of vanuit de bodem te veel voedingsstoffen in het water terecht komen. Of dat zout kwelwater vanuit de bodem omhoog komt. Door vers water van een andere plek binnen te laten stromen, spoelen we het water van slechtere kwaliteit weg. Dit schone water is normaal gesproken voldoende beschikbaar. Alleen bij extreme droogte kan er een tekort ontstaan. Dit komt niet vaak voor.
- Waterschappen zorgen ervoor dat het water in sloten en vaarten op peil blijft ten behoeve van dijken (waterveiligheid), schoon water (waterkwaliteit, ecologie) en voldoende zoetwater (waterkwantiteit) om bijvoorbeeld gewassen mee te besproeien.
- Rijkswaterstaat is beheerder van grote rivieren en meren. Bij droogte wordt het weinige zoete water uit de grote rivieren en meren zo goed mogelijk verdeeld onder alle watergebruikers, via stuwen, pompgemalen en sluizen.
- Drinkwaterbedrijven zorgen voor gezond drinkwater uit de kraan.
Dat doen we uit voorzorg zodat we eventuele scheuren in een vroeg stadium opmerken en de komende periode in de gaten houden. Als het nodig is, repareren we de scheuren om overlast te voorkomen.
In totaal wordt zo’n 200 kilometer droogtegevoelige dijken nagelopen. Dit is ongeveer een kwart van het totaal aan dijken die Delfland in beheer heeft. Niet alle dijken zijn even droogtegevoelig. Bij de controles wordt hierop ingespeeld. De meest droogtegevoelige dijken worden als eerste gecontroleerd. Bij aanhoudende droogte worden ook de overige droogtegevoelige dijken gecontroleerd.
Besproei je tuin/gewassen bij voorkeur in de avonduren en bij voorkeur met water uit de vaart en niet uit kleine sloten. Om voorbereid te zijn op droogte, kun je een eigen zoetwatervoorraad aanleggen om de tuin te sproeien, zoals een regenton.
Delfland in zijn bevoegdheid als waterbeheerder en op basis van de landelijke verdringingsreeks.
Dat bepaalt het waterschap en hangt van de verziltings- en weerssituatie af.
Delfland voert in tijden van droogte zoet water aan om de peilen te handhaven. Over het algemeen zal hierdoor de vaardiepte gelijk blijven.
Wij doen er zoveel mogelijk aan om het zoetwater vast te houden in ons gebied. Ook voeren we water aan. Hierdoor kunnen de waterpeilen uiteenlopen. In de hogere vaarten kan het water hoger staan dan normaal; in kleine sloten kan dit enorm verschillen.
Meer vragen en antwoorden vind je op deze pagina: droogte, voldoende water en verzilting.