Einde droogteseizoen..., maar was er wel een start?
Ieder jaar start in april het droogteseizoen. Dan gaan de temperaturen omhoog waardoor water sneller verdampt, bomen en planten sneller groeien en de vraag naar water toeneemt. Ook dit jaar stond droogte in april weer op ‘de planning’. Delflanders stonden paraat, maar de verwachte droogte-inspecties, grootschalige zoetwateraanvoer, schutbeperkingen en andere typische werkzaamheden bleven uit. Samen met Joost Hooimeijer (over peilbeheer), Auke Visser (over het werk in het veld) en Jirôme van der Boon (over klimaatverandering) blikken we terug en vooruit.
Wat voor droogteseizoen hebben we gehad?
"Het was een bijzonder jaar," begint Joost Hooimeijer, coördinator peilbeheer. "Van echte droogte is eigenlijk geen sprake geweest. Tot aan juli hebben we regelmatig regen gehad en was er geen noodzaak om water in te laten vanuit het Brielse Meer. Op sommige plekken hebben we zelfs winterpeilen moeten handhaven, midden in de zomer. Het was simpelweg te nat."
Dit blijkt ook uit de cijfers: Delfland liet dit jaar slechts 7.100.000 m³ water in vanuit het Brielse Meer. Dat is aanzienlijk minder dan de voorgaande jaren. In 2023 was dit haast drie keer en het jaar daarvoor zelfs ruim vier keer zoveel m³ water.
Jaar |
Ingelaten water vanuit Brielse Meer |
---|---|
2021 | 11.600.000 |
2022 | 31.100.000 |
2023 | 20.300.000 |
2024 | 7.100.000 |
Hoe was het werk anders dit jaar?
Zeg je droogteseizoen, dan zeg je droogte-inspecties. Dat geldt in ieder geval voor Auke Visser. Als senior technisch specialist is Auke verantwoordelijk voor de inspecties van de dijken. “In 2022 hadden we het er druk mee. Door de langdurige droogte hebben we toen veel en vaak de droogtegevoelige dijken geïnspecteerd of zelfs gerepareerd.” Auke geeft aan dat er in 2023 al een stuk minder inspecties nodig waren, en dit jaar staat de teller zelfs op 0.
“Dat het dit jaar vrij nat was, hebben we 'in het veld' ook zeker gemerkt,” vult Auke aan. Weersomstandigheden hebben vooral impact op het werk van collega’s bij de onderhouds- en beheerafdelingen. “Zo hebben we bijvoorbeeld de eerste maaironde moeten uitstellen. Het groeiseizoen begon relatief laat en de bodem was te nat voor het zware materieel. De drassige dijken leidden zelfs tot afschuivingen, zoals in maart langs de N468 bij Maasland en in juli langs de Gaagweg. Droogte-inspecties waren dit jaar niet nodig!”
Is droogte dan toch minder dreigend dan gedacht?
Van echte droogte was dit jaar geen sprake, maar toch blijft het onderwerp hoog op de agenda. Jirôme van der Boon legt uit waarom: "Het onderliggende probleem van droogte is klimaatverandering. En door die klimaatverandering gaan we in de toekomst steeds vaker te maken krijgen met droogte én hevige regen. Juist die twee weersextremen zetten ons watersysteem zwaar onderdruk. Beide vragen namelijk om een andere aanpak: water aanvoeren in droge tijden en water afvoeren in natte tijden.”
Het beeld dat Jirôme schetst, zien we terug in vorige zomers. “De zomers van 2018 en 2022 waren extreem droog. Toen moesten we alle zeilen bijzetten om een zoetwatertekort op te lossen en de zouttong vanuit de Nieuwe Waterweg buiten de deur te houden. Deze zomer was juist uitzonderlijk nat en de gemalen draaiden geregeld op volle toeren om het water buiten de deur te houden”, aldus Jirôme.
Hoe ziet de toekomst eruit op het gebied van droogte?
Jirôme vervolgt: "De beschikbaarheid van zoetwater is nog maar net in balans. De watervraag stijgt, terwijl het aanbod in de zomer juist afneemt. Vooral in kustgebieden, waar verzilting toeneemt door zeespiegelstijging en lage rivierafvoeren. Voldoende zoetwater zal dus zeker in de zomer niet altijd meer vanzelfsprekend zijn. En dan moeten er keuzes gemaakt worden.
Wat doet Delfland om zich voor te bereiden?
Met dit doel werken we aan de strategie ‘zoetwater Delfland 2050’. Hierin staan maatregelen die Delfland kan treffen om schade door een zoetwatertekort te voorkomen, en ook welke schade we moeten gaan accepteren.”
Jirôme benadrukt dat ook gemeenten, ondernemers en bewoners een belangrijke rol spelen. “We moeten toewerken naar een systeem waarin we water kunnen vasthouden als het heel hard regent, zodat we het kunnen hergebruiken als het langere tijd droog is. Daar is ons gebied nu nog niet op ingericht. En die inrichting, die is niet alleen aan het waterschap. Iedereen is aan zet.”
Hoe gaan we het najaar in?
De meer nabije toekomst brengt ons de herfst en de winter. “Van het najaar mogen we verwachten dat er over het algemeen meer regen valt. Maar we zien ook dat de seizoenen zich slecht laten voorspellen. Verder dan een week kunnen we niet vooruitkijken", vertelt Joost. “Daarom zijn we bij peilbeheer constant aan het monitoren, zodat we op tijd kunnen handelen. Wordt er zwaar weer verwacht? Dan verlagen we de waterpeilen. Blijft het lang droog? Dan houden we het peil juist wat hoger.”
Daarnaast is een goede voorbereiding het halve werk. Jaarrond werken Delflanders aan het watersysteem en houden zij alle gemalen, dijken, sloten, vaarten en andere kunstwerken in topconditie. Auke vertelt wat er de komende tijd op de planning staat: “We bereiden het gebied voor op het stormseizoen, maaien alle sloten en vaarten om verstoppingen te voorkomen, controleren de condities van de dijken en zorgen ervoor dat alle gemalen, stuwen en andere kunstwerken goed functioneren. Dat is een klus die alle Delflanders samen klaren.”
Meer over het werk van Delfland?
Droogte-inspecties in Lansingerland in de zomer van 2023
Drassige dijk verzakt bij de N468 in Midden-Delfland in april 2024